Wat is goed? Een vraag die mij een dag of tien geleden werd gesteld
naar aanleiding van mijn vorig blogberichtje waarin ik schreef: zo weet ik (al is het maar even) "alles is goed".
Enkele dagen daarna ging ik in een
intrieste bui troost zoeken bij mijn ouders. Op dat moment was dat "alles
is goed" één grote leugen. Ik huilde en snikte kwaad: Alles is niet goed. Mijn partner, mijn tochtgenoot,
mijn Pieter is er niet meer. Ik moet alleen verder. Dat kun je bezwaarlijk goed noemen.
Ik kan en wil niet altijd 'sterk' zijn.
Soms moet ik triestig kunnen zijn. De pijn van het gemist moet ik toelaten. Hoe
lastig en vermoeiend het ook is. Hoeveel natte zakdoeken er ook nodig zijn. Ik
mag en kan en wil dat 'ongelukkig zijn' niet steeds verdringen. Gelukkig kan ik
ook op zo'n momenten terecht bij mijn dochters, mijn ouders, bij vrienden... en
dat is goed.
Vandaag ben ik naar de grootste
rommelmarkt van 't land (Sinksenfeesten in Kortrijk) geweest samen met Saskia,
Christof, Cas, Heidi, Jolien en Steven. Gezellig kuieren tussen een bonte
verzameling van kraampjes, mensen, buggy's, honden, geuren en kleuren;
genietend van de warme lentezon. Alles is goed. Maar straks ga ik alleen slapen
en morgen sta ik weer alleen op. Is dat goed?
Ja… wat is goed en wat is niet goed? Dat
is inderdaad niet zo simpel. Als ik de ene kant op kijk en de kinderen en
kleinkinderen zie, mijn klein huisje, de mooie tuin die zo af en toe door
kaboutertjes ;) wordt bijgewerkt (waarvoor heel erg bedankt!), de job op school
... dan is het goed. Maar als ik de andere kant op kijk en die lege plaats zie
aan tafel, in de zetel, in de tuin, de onbeslapen kant van het bed, als het
alleen zijn zich genadeloos opdringt dan... ja, dan is het toch niet zo
goed hé.
Ik probeer zoveel mogelijk de mooie
kant op te kijken maar als je steeds dezelfde kant op kijkt dan krijg je een
stijve nek en dan wordt het nog veel pijnlijker om het hoofd te draaien. Dus
blijf ik naar beide kanten kijken hopend dat de pijn langzaam milder wordt.
Wetend dat beide kanten samen horen.